‘Je luistert niet! Niet echt tenminste. En eigenlijk luister je nooit!’ Dat verwijt kreeg een collega van me na een werkoverleg. Dat viel hem rauw op het dak. Hij vond eigenlijk dat luisteren een van zijn kwaliteiten was.
Hart of hard?
Mijn collega was een gedreven manager. Iemand die hart voor de zaak had. Dat hij daarbij soms hard voor zijn medewerkers was, had hij niet door. Integendeel, hij had het beste met iedereen voor; en hij was ervan overtuigd dat iedereen dat ook zag. Hij vond dat hard werken de beste resultaten zou opleveren. En die beste resultaten vertaalde hij dan weer in meer verantwoordelijkheid met de bijpassende beloning. En dat was in zijn ogen genoeg stimulans om telkens weer het onderste uit de kan te vragen en het hele team op te jagen. Maar luisteren?
Luisteren of oplossen?
Wat deze manager oprecht wilde, was het beste voor zijn team. Hij vertaalde dat in ‘harde’ thema’s: resultaat, geld, beloning. De ‘zachte’ thema’s vormden een moeilijk onderwerp: emoties, waardering, inleven. Als iemand met een probleem zat, zocht hij direct naar een oplossing. Een luisterend oor bieden, oprechte belangstelling, de drijfveren van iemand willen kennen, iemand willen begrijpen; dat betekende in zijn ogen een open eindje. En daar kon hij niet zoveel mee.
Luisteren is een kunst
Een oplossing vind je niet altijd in een praktische handreiking. Niet in een aanwijzing of een tip. Vaak help je iemand door goed te luisteren. En dan verder te vragen: ‘wat bedoel je, leg eens uit, vertel nog eens meer …’. Op die manier help je diegene om zijn gedachten scherper te formuleren. De oplossing kan iemand zelf wel bedenken; en als die dat ook nog in zijn eigen woorden mag doen, is dat een hele opluchting.
Eind zestiger jaren was er een leraar aan de universiteit van South California die met de zelfmoord van een van zijn studenten geconfronteerd werd. Dat schokte hem enorm. Het leidde ertoe dat Leo F. Buscaglia, zoals hij heette, een extra leergang opzette, Love1A. Een leergang waar je geen cijfers kreeg zodat ook niemand kon zakken. Maar wel een leergang waar leraar en leerlingen gelijkwaardig in gesprek waren over alles wat met liefde en compassie en emoties te maken had.
Van zijn hand is het volgende gedicht:
Luisteren
Als ik je vraag naar mij te luisteren
en jij begint mij adviezen te geven,
dan doe je niet wat ik vraag.
Als ik je vraag naar mij te luisteren
en jij begint mij te vertellen waarom
ik iets niet zo moet voelen zoals ik het voel,
dan neem je mijn gevoelens niet serieus.
Als ik je vraag naar mij te luisteren
en jij denkt dat je iets moet doen
om mijn problemen op te lossen,
dan laat je mij in de steek
hoe vreemd dat ook mag lijken.
Misschien is dat de reden waarom
voor sommige mensen bidden werkt, of de natuur
omdat zij niets terugzeggen en geen adviezen geven
of proberen dingen voor je te regelen.
Zij luisteren alleen maar en vertrouwen erop
dat je er zelf wel uitkomt.
Dus, alsjeblieft, luister alleen maar naar me
en probeer me te begrijpen.
En als je wilt praten, wacht dan even
en ik beloof je dat ik op mijn beurt
naar jou zal luisteren.
Leo F. Buscaglia
Luister jij wel?
Betrap jij jezelf er wel eens op dat je meteen een oplossing bedenkt, als iemand met een vraag komt? Of vind je dat die dat zelf maar moet bedenken? Of ligt het aan de situatie, en doe je de ene keer het ene en de andere keer het andere? Wat vind je overigens van het gedicht? Mij raakte het; het hangt bij mij op mijn werkkamer.